Zorgnetwerken
-
Een persoonlijk zorgnetwerk omvat alle professionele zorg- en hulpverleners die betrokken zijn bij de zorg en ondersteuning aan een cliënt. De cliënt zelf en de mantelzorg of informele zorg zijn ook onderdeel van het zorgnetwerk. De grootte en samenstelling van een zorgnetwerk verschilt per cliënt.
Cliënten met meervoudige zorgbehoeften hebben naast ‘zorg’ vaak ook ‘ondersteuning’ vanuit de gemeente. Zo kunnen mensen zo lang mogelijk zelfstandig blijven functioneren en meedoen in de samenleving. Het gaat dan bijvoorbeeld om hulp in de huishouding, dagopvang, vervoersvoorzieningen of hulpmiddelen.
Persoonlijke zorgnetwerken zijn dynamisch, omdat de betrokkenheid van zorg- en hulpverleners in de tijd kan veranderen. Ook de behoeften van de cliënt kunnen veranderen in de tijd. De verdeling van taken en verantwoordelijkheden in het zorgnetwerk moet in overleg tot stand komen.
-
Zorgnetwerken zijn bij uitstek van belang voor thuiswonende cliënten met meervoudige zorgbehoeften. Dat zijn bijvoorbeeld kwetsbare ouderen of mensen met chronisch psychische aandoeningen. Maar ook zieke kinderen die thuis specialistische zorg krijgen.
-
De kwaliteit van zorg is voor een groot deel afhankelijk van goede samenwerking tussen zorgaanbieders en hulpverleners. Dit vraagt om zorg die over de grenzen van individuele zorgaanbieders, vakgebieden en sectoren heen gaat. Voor kwetsbare doelgroepen is het daarom van groot belang dat de betrokken zorg- en hulpverleners in het persoonlijke zorgnetwerk van een cliënt:
- elkaar kennen;
- van elkaar weten wat ze doen;
- waar nodig elkaar informeren of met elkaar overleggen;
- afstemmen met de mantelzorg of andere informele zorg.
Als de zorg- en hulpverleners niet goed samenwerken, dan kan dat leiden tot onveilige situaties voor de cliënt. Of tot overbelasting van de mantelzorg.
-
De belangrijkste knelpunten die thuiswonende cliënten met meervoudige zorgbehoeften ervaren:
- Ze krijgen tegenstrijdige of onvolledige boodschappen of adviezen.
- Het is niet eenvoudig om de juiste zorg en hulp te vinden en te organiseren.
- Het is moeilijk om overzicht te houden over alle zorg en hulp.
- Het is niet duidelijk wie het voortouw in het zorgnetwerk heeft.
- Er is onvoldoende onderlinge afstemming en overdracht in het zorgnetwerk.
- Er ontbreekt een aanspreekpunt voor vragen of klachten.